Singapore
mail 5 maart 2001
He Hallo,
Ondanks dat ik heel kort geleden ookal gemaild heb, doe ik het nu nog maar een keer. Eens kijken of dit mailtje niet ook bijna een week op de PC blijft staan voordat ik eindelijk eens in staat ben om het te versturen...
Moet eigenlijk wel, want ik heb bijna vankantie! De ouders van Saskia, mijn huisgenoot, komen aanstaande vrijdag langs voor een weekje. Tja, volgens onze 'lieve' huisgenoten is dit huis te klein voor 6 personen, dus moeten Jet en ik maar een weekje oprotten. En van de nood maken we maar een deugd: weekje vakantie Bintan dus! Als je een tijdje geen reply op je mail krijgt, dan ligt het dus daaraan (en aan het netwerk natuurlijk, maar dat is oud nieuws)! En nee, pap, we krijgen helaas geen onkostenvergoeding voor dit gedwongen vertrek. Ondanks dat zijn we er niet echt rouwig om, we zoeken wel een hostel of een blokhut (als ze er nog staan Jasper...).
Dit weekend ben ik er ook al even tussenuit geweest. Het lijkt alsof ik alleen maar uitstapjes maak, maar dat valt helaas wel eens tegen.
Zaterdag kwamen de oom en tante van Henriette langs. In eerste instantie mocht ik de hele dag mee om ze Batam te laten zien, maar helaas, vrijdag avond werd besloten dat alleen Jet mocht gaan, maar ik moest blijven werken... Zaterdag halverwege de middag (Erik, Saskia en ik zijn al voor 9en begonnen) mocht ik gelukkig weg. En hoewel de dag niet begonnen was zoals ik gehoopt had, was het einde ervan heel tof: we mochten mee naar Singapore die nacht! Kwam goed uit, zouden we zondag toch al naar toe gaan.
Best raar, horen dat je naar Singapore mag en vervolgens binnen een kwartier je tas gepakt hebben en ook daadwerkelijk gaan. Doe ik normaal nooit ... :-)
Maar eerst effe Batam-kijken.
Een aantal jaar geleden heeft Habibi besloten dat dit eiland een belangrijke industriele en touristische macht zou worden. Om dat te verwezelijke heeft hij een project opgezet om de locale infrastructuur te verbeteren, dus is het 'grote' eiland Batam verbonden met 7 zuidelijke eilanden d.m.v. bruggen. Die bruggen schijnen een hele attractie te zijn voor de locals, dus hebben wij ze ook maar bezocht. De bruggen zelf waren natuurlijk niet heel bijzonder, heb je er in Nederland immers heel veel van, maar het uitzicht over zee en de andere eilanden van de archipel was prachtig. En natuurlijk veel locale touristen, ik sta dus weer eens met grote groepen mensen op de foto. Dolle pret dus...
En toen naar Singapore.
Inmiddels was de avond al gevallen en hadden we best wel honger, maar goed, we moesten wel ergens blijven slapen. Helaas is Singapore een stuk duurder dan Batam en ondanks dat ik mijn creditcard wel bij me had, voelde ik niet echt de behoefte om in een of ander opgepoft hotel te slapen. Uiteindelijk hebben we dat wel gedaan, maar dan een beetje op de 'Reina in Australie manier': WILDKAMPEREN dus in een hotel aan de Orchardroad (hele dure winkeldstraat)! Met kussens en dekbedden kun je je aardig nestelen op het hoogpollige tapijt, ik moet zeggen dat ik best goed geslapen heb. En dit was natuurlijk best Budget-vriendelijk... (en illegaal.)
Volgende morgen westers ontbijt. Ik dacht dat ik inmiddels al heel goed aan het locale voer gewend was, maar ik moet zeggen dat het soms wel heel erg lekker is om een keer brood te eten, of een bakje yoghurt. Beide is hier (Batam) niet te krijgen (naja, er is wel brood, maar dat lust ik niet). Ik moet zeggen dat ik dus een keer een zeer voedzaam ontbijt genuttigd heb, temeer omdat we ter plekken besloten dat we net zo goed een voorraadje in onze maag mee konden nemen bij wijze van lunch. Aardig volgegeten verlieten we dus tegen het eind van de ochtend het hotel.
Singapore is groot. En luxe. En rijk.
Niet te vergelijken met Nederland, al helemaal niet met Indonesie.
Ik had een grote stad verwacht met veel wolkenkrabbers en totaal geen sfeer. Dat was niet waar, er was wel sfeer. Tussen de wolkenkrabbers was plaats gevonden voor groen, met name palmbomen dan. Veel mensen, veel structuur. Ook langs de wegen was er mooie groenvoorziening, heel anders dan de berm in Nederland. Dit werd namelijk wel heel goed onderhouden. De straten waren breed en schoon, iets wat hier op Batam onmogelijk is. Ook waren er grote shoping malls, Nederlandse winkelcentra zijn er niets bij! En ik heb weer eens een keer op een trotoir gelopen, in Indonesie zijn die dingen nog niet uitgevonden.
Best een keer lekker ...
Na een hele tijd gewinkeld te hebben, en eigenlijk wel aardig wat geld (voor Indo begrippen dan...) uitgegeven te hebben aan bijna niets zijn we uiteindelijk opgepikt door onze gidsen, die zich een beetje verslapen hadden. Nee, dit keer geen kleine irritante Indo-mannetjes, maar twee Nederlandse studenten uit Delft, Norbert en Marcel genaamd.
Zij hebben ons alleerst meegenomen naar het business district. Man, wat voelde ik me klein! Allemaal wolkenkrabbers, meeste met meer dan 50 etages, en daar sta je dan met zijn viertjes waarvan de helft een lengte van 2 meter niet eens weet te halen (de jongens wel)! Wel heel gaaf om een keer gezien te hebben. Het mooiste was trouwens dat de lengte van de gebouwen de enige overeenkomst was, ze waren werkelijk op hele verschillende manieren gebouwd. En dat terwijl ik gedacht had dat ze allemaal heel veel op elkaar zouden lijken! Niet dat ik ineens heel veel weet van architectuur en die van wolkenkrabbers in het bijzonder, maar toch...
Vervolgens hebben de lift genomen naar de 70ste (!) etage om daar maar eens van het uitzicht te genieten. En het mooie van de zaak: de lift thuis op IBB doet er twee keer zolang over om van de begane grond naar de 18e te komen dan deze lift naar de 70ste! Moet wel zeggen dat in deze lift mijn oren wel aardig begonnen te piepen door de snelheid...
En behalve de hoogbouw gaat men in Singapore ook aardig de grond in. Je moet wel als je maar een klein landje bent en toch heel erg veel mensen wil herbergen. Onder de grond een complete wereld, met natuurlijk de metro, maar ook heel veel winkels en restaurants (nog meer ja...). En in tegen stelling tot Nederlandse tunnels: er ging geen penetrante pis geur en er was ook geen criminaliteit.
Toen naar China-town. Best lachen, allemaal winkeltjes met Chinese waren en natuurlijk souveniers. Groot verschil met de shoppingmalls, dit was uiteraard veel kleinschaliger en persoonlijker... (Bedankt voor je tips, Jasper, wie weet gaan we binnenkort nog een keer.)
Tot slot nog eens een keer lekker uit eten, en hoewel we dat natuurlijk bijna dagelijks doen was dit keer toch wel heel anders dan 'normaal'. Duurder eten, tuurlijk, maar ook Westerser. Ik heb eindelijk weer een keer normale groentes kunnen eten! Hier in Indo-land moet je het met Kankung doen, een soort spinazie, dat doe je niet dagelijks. (Dus mam: ik eet extra fruit en dingen als tomaat en komkommer, die je weliswaar niet in een restaurant/ pujasera kan krijgen, maar wel in de supermarkt...).
En helaas moesten we toen weer afscheid nemen van onze lieve gidsen, al zien we ze vast nog wel eens een keer tijdens deze stage.
Boot terug naar huis, nieuwe stempels in mijn pas (dat was de reden om naar Singapore te gaan, ik mag maar 60 dagen aaneengesloten in het land blijven). Helaas een heel kruisverhoor bij de douane, maar goed, gewoon vreindelijk Indonesisch blijven babbelen en lachen en alles komt goed.
Op de Ojek naar huis nog een huwelijksaanzoek gehad, maar goed, geweigerd. (Ben, ik zeg hier tegen bijna iedereen dat we getrouwd zijn, het is maar dat je het weet! Kinderen heb ik echter nog niet....) Ineens voelde ik me weer helemaal thuis. Ondanks alle pracht en praal van Singapore is Indo-land toch wel leuk. Lekker veel aandacht en aardige mensen.... Moet alleen op je hode blijven dat ze niet TE opdringerig gaan worden...
Lieve mensen, tot mails!
Jenny