Arm en rijk
mail 19 februari 2001
Hoi Allemaal,
Nog een kleine week, dan gaan Henriette en ik naar Singapore. Dan al is het tijd om mijn visum te verlengen, wat gaat dat snel! Visum verlengen stelt hier eigenlijk niks voor, je moet gewoon een dagdeel het land uit. En aangezien Singapore het dichtste bij is en het makkelijkste te bereiken gaan we daar maar naartoe, zoals iedere Nederlander op dit eiland.
Wat we gaan doen weten we nog niet, dat horen jullie na afloop wel, maar zoals het er nu uitziet gaan we een rondleiding krijgen van twee studenten van de TU Delft. Die lopen hun Werktuigbouwkunde stage bij een bedrijf in Singapore.
Best raar, tussen alle Westerlingen en Australiers die hier op dit eiland rondlopen hebben we er eindelijk een paar gevonden met wie we op een lijn zitten, kunnen praten op een normale manier. De meeste Westerlingen komen hier namelijk om te zuipen, veel geld uit te geven aan allerlei dure en overbodige dingen en natuurlijk om goedkoop een vrouwtje te krijgen...
Dat is wel heel erg typisch op Batam, de tegenstelling tussen arm en rijk. Werkt een ober in een lux en goedbetalend hotel voor 600.000 rupiah in de maand (dat is 150 gulden), gaf de gemiddelde tourist hier 150 US$ per dag uit! En ik heb echt geen idee waar al dat geld blijft. Ondanks dat er hier wel veel te koop is, lukt het mij echt niet om zoveel geld uit te geven. Of het zou al zo moeten zijn dat ik een of ander handeltje zou beginnen en electronica groots zou inslaan en naar Nederland zou verschepen. Maar helaas, dergelijke plannen heb ik niet dus ga zelf maar naar de winkel!
Dure hotels staan te pronken op allerlei mooie delen van het eiland, met name Nongsa, het strand. Toen wij naar Nongsa zijn geweest konden we gratis zwemmen in een kampong, bij een hotel moet je algauw 15 gulden entrée betalen. Misschien laten de touristen daar hun geld wel. En natuurlijk bij de asociaal hoge prijzen die je kwijt kunt zijn voor een hotelkamer.
Uitgaan is trouwens ook heel duur, relatief gezien. Bij een Warung (kraampje) kun je een complete maaltijd nuttigen (lekker!) voor 10.000 rupiah (2.50), in uitgaansgelegenheden betaal je voor een biertje toch wel veel meer. Maar daar komen dan ook alleen de rijkste Indo's en de touristen... Althans, die enkele keer dat ik gegaan ben wel.
kampong Serai
Er zijn allerlei wijken met luxe huizen (ik weet het, daar woon ik nu ook in), met straatverlichting en een weg en iets wat op een riool lijkt (open, dat wel). Maar er zijn ook kampongs tegen de berghellingen aangeplakt met allemaal kleine houten hutjes. Mensen hebben geen ramen erin, alleen een deur. Het leven vindt daar plaats op straat. Veel mensen bezitten winkeltjes en kraampjes, waar ze voor heel weinig geld dingen verkopen. Maken ze echt nauwelijks winst op, dat kan gewoon niet! Of elders, als verkoper van wat dan ook in de luxe wijken. Komen ze met een brommer/ kar/ te voet om hun waar aan prijzen.
Je weet dat het verschil er is tussen arm en rijk, je ziet het. Maar bij het inplakken van mijn foto's en het zien van die twee soorten wijken op een blz schrok ik toch wel even. Wat zijn we toch verwend... De eerste foto's zijn inmiddels aangekomen in Nederland, die worden binnenkort online gezet. Deze moet ik nog opsturen, maar wees gerust, dat komt.
Door Nagoya, met name in de weekenden, lopen veel rijke mensen uit Singapore die hier komen om te shoppen. Moet eerlijk bekennen dat ik ook wel een paar t-shirtjes heb gekocht, ik zeg de prijs maar niet want dan gaat iedereen me uitlachen als ik weer in Nederland ben... Maar een hoop mensen die hier op het eiland wonen kunnen dergelijke kledij niet betalen. Kopen de spullen in de aanbieding van lokale merken. En ja, dan heb je denk ik wel een t-shirt voor veel minder dan een knaak. Meestal loop ik die schappen maar snel voorbij, wanneer je er ook maar in kijkt als Westerling word je al aangestaard... Bovendien zijn het ook geen dingen die ik echt mooi vind en de kwaliteit laat ook te wensen over. Maar goed, iedereen loopt er hier wel tot in de puntjes verzorgd bij! Ook de armere mensen weten er gewoon het beste van te maken, voor zichzelf en hun kindertjes.
Heel veel mensen zijn uit allerlei delen van Indonesie naar dit eiland gekomen omdat het welvarend zou zijn en er veel werkgelegenheid zou zijn, toch zijn er veel werklozen. En de mensen spelen het klaar om rond te komen, ze werken ook ontzettend lang om maar een paar cent te verdienen. En ik heb het idee dat ze allemaal heel erg eerlijk en gastvrij zijn, ondanks hun armoede. Wat ze hebben delen ze. En ook de armen hebben hun trots: het is ongepast om vrouwen dingen te laten betalen, ookal hebben ze veel meer geld en komen ze uit Nederland. Sons voel ik me daar wel een beetje schuldig over, maar aan de andere kant, je kan de situatie toch niet veranderen... Dan ga je gewoon teveel tegen de lokale waarden en normen in, die hoog in het vaandel staan!
Ik heb het idee dat ik nergens echt bij hoor. Ik ben geen Indo en kan het met de beste wil ook niet worden. De taal een beetje spreken is natuurlijk een stap in de goede richting, maar lang niet toereikend.
Bij de rijke Westerlingen voel ik me ook niet op mijn gemak. Ik kan hier niet zitten te zuipen en te feesten over de ruggen van de lokale bevolking heen, dat wil ik gewoon niet. Ik moet samenwerken met die lui, ik weet hoe ze zijn en hoe aardig ze zijn. En om eerlijk te zijn: dat had ik nooit ervaren als ik hier was gekomen om te reizen, niet om stage te lopen. Ik had het voor geen goud willen missen!
Over anderhalve week ga ik met Henriette een week op vakantie, naar Bintan. Aangezien de ouders van Saskia komen moeten we weg. Om eerlijk te zijn heb ik er wel zin in, gewoon even lekker aan het strand liggen. Dan ben ik ineens ook een tourist. Ben benieuwd hoe ik me zal gedragen :-)
In ieder geval tot mails, jullie begrijp ik tenminste wel een beetje!
Mail me vooral hoe de zaken ervoor staan in Nederland, want het is hier heel erg moeilijk, zoniet onmogelijk, om iets van de rest van de wereld mee te krijgen...
Jenny